Door Ronald van Dam
Rolstoelbasketbalinternational Carina de Rooij treedt toe tot de atletencommissie van de IWBF, de internationale rolstoelbasketbalfederatie. Hoe de nieuwe commissie precies gaat functioneren, is voor De Rooij nog een beetje onduidelijk. Maar het belangrijkste is dat er nu een mogelijkheid voor de Paralympische sporters komt om beter geïnformeerd te worden over plannen en beslissingen; en daar invloed op uit te kunnen oefenen.
Carina de Rooij (39), aanvoerder van de Orange Lions, speelt al negentien jaar als international voor het nationale rolstoelbasketbalteam bij de vrouwen. Op haar omvangrijke cv staan o.a. twee Europese titels, één wereldtitel en twee bronzen medailles bij de Paralympische Spelen. Ze vormt een gezin met Anton de Rooij, recordhouder bij de mannen met 759 interlands achter zijn naam als rolstoelbasketballer.
Aangezien basketball haar werk is – naast fulltime international zijn, speelt De Rooij ook nog bij de Sunrise Medical Braves in Doorn – zit ze nu noodgedwongen thuis. De stip aan de horizon is het plan dat is ingediend om weer twee dagen per week met een deel van de selectie op Papendal te gaan trainen. “Ik heb wat halters en gewichten om thuis te kunnen trainen en met de handbike houdt ik mijn conditie op peil. Maar ik moet eerlijk zeggen dat ik de ene dag meer gemotiveerd ben dan de andere.”
Het was bondscoach Gertjan van der Linden die De Rooij vroeg of ze zich met haar negentien jaar ervaring in het internationale rolstoelbasketbal verkiesbaar wilde stellen voor de nieuw op te richten atletencommissie van de IWBF, die zou gaan bestaan uit vertegenwoordigers van de vier continenten, waar de internationale bond actief is. “Het is niet dat ik mezelf heb voorgedragen, maar ik wilde er wel over nadenken. Hoeveel tijd kost het? Past het mij? Welke eisen worden er aan de functie gesteld? Terwijl ik nog in dat proces zat, kreeg ik te horen dat ik al namens Europa was voorgedragen. Toen heb ik de knoop maar doorgehakt. Ik kan het er prima naast doen en het is goed voor je persoonlijke ontwikkeling.”
Carina de Rooij op beide foto's in actie bij het EK rolstoelbasketbal in 2019 in Rotterdam waar de Nederlandse vrouwen hun titel prolongeerden (foto's Steffie Wunderl).
En het is nodig dat de atletencommissie er komt, vindt De Rooij. Er blijkt al een paar jaar een stevige discussie gaande tussen het Internationaal Paralympisch Comité (IPC) en de internationale rolstoelbasketbalfederatie (IWBF) over het bij rolstoelbasketbal gehanteerde classificatiesysteem. Elke atleet krijgt afhankelijk zijn lichamelijke handicap een classificatie, variërend van 1 t/m 4,5 (waarbij de 1 voor de zwaarste handicap staat), en elke team in het rolstoelbasketbal mag maximaal maar 14 punten in het veld brengen.
Met name bij de hoge classificaties 4 en 4,5 zit het IPC op een andere lijn dan de IWBF. Zodanig zelfs dat rolstoelbasketbal bij de Paralympische Spelen van Tokyo en Parijs niet langer op het programma zou staan. De Rooij: “De IPC blijkt dus strengere eisen te hanteren dan de IWBF. Best heftig, maar wij als sporters zijn daar nooit over geïnformeerd, laat staan dat we ons inzicht hebben kunnen aandragen of die discussie hebben kunnen beïnvloeden. Voor iemand die een 4 of een 4.5 is – atleten met een zogenaamde MD, minimal disability – betekent het nogal wat. In het ergste geval spat de Paraympische droom waar je vier of acht jaar mee bezig bent uit elkaar.”
“Voor veel sporters kwam dit onverwacht, maar die discussie blijkt al een paar gaande te zijn achter de schermen. Dat is de reden dat er een initiatieven zijn genomen om een atletencommissie op te richten”, vervolgt De Rooij. “Het is nog onduidelijk hoe de commissie gaat functioneren en hoe vaak en wanneer we contact gaan hebben. Zaterdag is de eerste conference call. Bij de grote toernooien zien we elkaar sowieso en verder kun je in deze tijd natuurlijk prima online vergaderen.”
Inmiddels is duidelijk dat de soep voor de uitgestelde Paralympische Spelen in 2021 niet zo heet wordt gegeten. Er zijn al wat acties ondernomen voor sporters met een MD, voor Tokyo wordt dat opnieuw bekeken. Maar voor Parijs 2024 moet er nog wel wat gebeuren. De Rooij hoopt dat de atletencommissie in de toekomst een positieve bijdrage kan leveren. “Misschien niet meer voor deze discussie, maar sowieso voor later. Het IPC hanteert een ander classificatiesysteem dan de IWBF. Je kunt het van de IWBF eigenwijs vinden om de regels niet te veranderen, aan de andere kan ik me ook goed voorstellen dat je vecht voor je eigen sport en de sporters die misschien nu wel overal buiten gaan vallen. Maar daarbij is het wel belangrijk dat je je achterban goed informeert en erbij betrekt. En alleen al daarom is het goed dat de commissie er nu is.”
Deze website maakt gebruikt van cookies. Bekijk onze privacy verklaring.
Stay up to date!
Abonneer je op onze nieuwsbrieven
Het laatste event news en insider informatie voor scheidsrechters en coaches.
Kies je nieuwsbrief