Door Tiel van den Heuvel
De komende dagen is Jesse Edwards nog in Chicago voor de NBA Draft Combine. Edwards speelde er partijvormen, nam deel aan drills met andere topspelers, wordt er medisch gekeurd en praat met de media. Tijd voor basketball.nl om uitgebreid met Jesse te praten over wat wel eens zijn weg naar de NBA kan zijn.
Jesse! Voor wie jouw verhaal nog niet of nauwelijks kent: waar is jouw basktbalcarrière ooit begonnen?
Het begin-begin? We hadden een Johan Cruyff-veldje bij ons om de hoek, in betondorp. Ik was denk ik een jaar of dertien toen ik daar ging spelen met m’n broers Kai en Rens. Dat was gewoon was schieten. Heel slecht waarschijnlijk, haha.
Ben jij dat klassieke geval van een gast die erbij wordt gehaald omdat hij lang is?
Nee, niet eens. We waren gewoon met wat vrienden aan het spelen. Eerst was het voetbal, en ik deed atletiek, en dat veranderde gewoon. Rond m’n veertiende ben ik voor het eerst naar een club gegaan. Apollo, ook hier in Amsterdam.
Heeft atletiek je geholpen denk je? Je bent laat begonnen…
Ik denk het wel, oprecht. Ik deed hoogspringen, meerkamp. En of het nu m’n voetenwerk, snelheid, springen of een bal gooien is: dan heb je wel iets aan atletiek. En ik ben ook vroeg begonnen met atletiek: ik was vijf of zes geloof ik.
Ben jij zo’n irritante kerel die ook goed is in alle sporten? Tafeltennis, darten…
Op zich wel, haha. Ik heb elke sport geprobeerd, ik was competitief in al die spelletjes. Tafeltennis op schoolreisje ofzo…
Kwam je bij Apollo meteen in een prestatieteam? Of moest je onderaan beginnen?
Ja, voor mij zeker. Ik kwam binnen bij de U14, waar Arno Kantelberg coach was, maar daar speelde ik nog niet mee. Dat kwam bij U16-2. Ik deed nooit mee met het eerste en speelde ook een jaar niet. Ik had een soort zwelling in m’n knie en het was het niet waard daar doorheen te spelen. Bij U18 kwam ik ook in het tweede. Pas daarna, bij U18-1 toen ik ook met Quinten (Post) speelde, begon ik een beetje op te vallen. Toen wonnen we het NK en vanaf daar is het snel gegaan.
Op een gegeven moment moet er een switch zijn gekomen dat basketball veranderde van ‘iets leuks met je vrienden doen’ naar iets waar je méér mee kunt. Kun je dat moment herinneren?
Ja! Kai ging van Apollo naar CBA op de Canarische Eilanden en van daaruit naar Division One in Amerika. Toen ik dát zag, en ik had nog niet eens aandacht, dacht ik wel: misschien is college ook iets voor mij. Maar dat ging langzaam. Er kwam af en toe een scout kijken maar ik was echt nog geen grote naam ofzo.
Krijg je dan dat je broer zegt: kom op, je kunt niet in dat tweede blijven sukkelen?
Nee dat viel 100 procent mee, hij was altijd supportive. Hij gaf me wel een idee van hoe ik er kon komen. Maar ik bekeek toen nog mijn opties: ik dacht er ook over naar CBA te gaan, of in Duitsland te gaan spelen. Maar op een gegeven moment had ik wat goede wedstrijden, ik had goede tape, dan krijg je wat meer opties.
Is dat een kwestie van de tape uitsturen en moest je zelf die aandacht zoeken? Of kwam die eigenlijk vanuit de clubs of colleges zelf?
Uit Amerika kwam het wel naar me toe. Ik was zelf vooral bezig in Europa te kijken voor een tussenjaar. Wat dat betreft was het toevallig dat Amerika eerder kwam. Een coach van Brewster Academy mailde me. Ik zou wel tegen jongens willen zeggen: er zijn agencies in Nederland die contacten hebben met colleges en high schools. Als je geen contacten in de VS hebt is dat denk ik de beste manier om gezien te worden.
Hoe heb je die prep school en college-carrousel beleefd toen je er eenmaal in zat?
In het begin was het vooral ook een manier om mijn studie te behalen. Maar als je eenmaal hier bent merk je snel dat je méér kunt met de sport. Ik was steeds meer tijd met basketball bezig. In Nederland was het nog een hobby, hier werd het méér een profession.
Ook hier moet er ergens een switch zijn geweest. Wanneer denk je: ik kan hier méér mee?
Je speelt hier veel tegen spelers die echt hoog worden ingeschat, die een goede kans hebben om in de NBA te komen. Je ziet dan wat er op jouw leeftijd het beste van het beste is. In het begin merk je: ze zijn wel beter dan ik. Maar je ziet óók dingen die jij kunt, maar zij niet. Daar kun je op bouwen, dat geeft het vertrouwen dat er meer mogelijk is.
Kun je jezelf een moment herinneren dat je ziet: dit is een NBA-prospect die ik net op de poster heb gezet?
Er zijn er meerdere, over de jaren heen. Ik heb lang college gespeeld. Banchero, bij Duke. de nummer één pick die nu bij Orlando speelt. Hun hele team zat vol met NBA picks. Ik weet nog dat ik Banchero blockte en aan de andere kant een bucket had op Mark Williams. Die zijn allebei gedraft dat jaar en dan voel je: het kan zeker, het kan zeker. Als ik me maar blijf ontwikkelen. En er zijn wat mensen bij Syracuse geweest maar ook zeker bij Amsterdam die altijd supportive waren. Dat helpt samen óók om dat zelfvertrouwen op te bouwen waardoor je weet: ik kan met die gasten meedoen.
Je laatste college seizoen raak je geblesseerd, jullie verloren veel wedstrijden. Toch bleven we jouw naam in mock drafts zien. Hoe voelde je dat de interesse blééf?
Het jaar ervoor maakte ik bij Syracuse de keuze om nog een jaar college te spelen. Toen was de interesse er óók al, maar ik wilde nog een jaar m’n skills verbeteren, wat meer fysiek te kregen en wat geld verdienen. Vóór het seizoen zag het er top uit. Maar onze coach werd ontslagen, wat spelers vertrokken toen ik er al was. Dat is jammer, dus de aandacht die een goed team brengt verdween. Maar ik speelde goed, na mijn blessure, had wedstrijden met veel punten en highlights. Die aandacht kwam terug en zette me in positie voor deze zomer.
Je verdwijnt dus niet zomaar van de radar bij die scouts.
Het gaat snel op-en-neer qua interesse. De Portsmouth Invitional en een All Star Game zetten me wel weer op de map. Als je het één goed doet, kun je naar een volgende trede op de trap. Dat bracht me dus naar het G League Elite Camp.
Hoe ziet een dag daar eruit?
Het zijn drie dagen. De eerste dag is heel rustig. Je komt aan, je krijgt je tijdschema en je hebt meetings waarin ze uitleggen wat er gaat gebeuren. Je krijgt er je kleding. Die tweede dag begonnen we met alle tests die je kent: lengte, gewicht, spanwijdte… Ik ben nét geen 7 feet. Six eleven and a half… Whatever haha. Maar ze meten je lichaamsvet, je handen, alles wat ze kunnen meten.
Dan ’s middags: springen, rennen, shuttles lopen. Ook weer om te meten. Daarna heb je twee dagen games van 40 minuten. En dat is gewoon spelen.
Hoe sta je in zo’n wedstrijd? Want je wilt laten zien dat je een goede teamgenoot bent, maar probeer je ook niet gewoon elke bucket te krijgen?
Dat ligt aan je positie denk ik. Ik weet wat teams idealiter van me willen dus dat wil je laten zien. M’n lengte, m’n snelheid en atletisch vermogen. Ik wil rebounden, finishen en de paint en pick and rolls verdedigen: drop coverage, hedge, ice… Natuurlijk wil je laten zien: ik kan schieten en dit-dat. Maar aan het eind van de dag: als ik de league haal ben ik geen Jokic of Embiid die alles doet. Ik ga een rol hebben, en als die lukt kan ik die uitbouwen.
Zijn er niet veel gasten daar die denken dat ze de nieuwe Anthony Edwards zijn?
Sommigen in de top 15, niet allemaal, hebben echt wel die waas waarin ze the guy zijn. Maar bij de rest merk je dat ze doorhebben dat ze een rol hebben. Die zijn wat realistischer.
Je voelt veel gesprekken met scouts, coaches en andere mensen uit de league. Je leest ooit dat die proberen je met gekke vragen uit je comfortzone te halen. Is dat gebeurd?
Ja, zeker. Sommige teams zijn heel chill: vertel ons over je achtergrond, over je spel. Maar sommige teams?! Dan vragen ze: wie zijn de slechtste teamgenoten die je over de jaren hebt gehad? Dan denk je: ik wil niet slecht praten over m’n teamgenoten. Tegelijk denk je: die heb ik zeker gehad. Of ze vragen: als ik nu je coach bel, wat zegt hij over je? Volgens mij gaat het niet eens om wat je antwoordt, maar méér om hoe je antwoordt.
Vijf van de jongens uit de G League Combine kregen een invite voor de NBA Draft Combine. Jij was er één van. Hoe voelde dat?
Dat was natuurlijk top. Iedereen was op z’n hotelkamer een beetje zenuwachtig aan het wachten. Je wist niet echt wat je moest doen. Toen kwamen ze aankloppen en dat was echt wel een opluchting. Je hoopt erop, je werkt er hard voor. Als het dan doorgaat, ben je echt heel blij. Maar de volgende ochtend moet je meteen die focus omzetten. Want je stapt meteen in het vliegtuig naar Chicago, naar die NBA Combine. Zelfde format, maar méér. Méér mensen, méér en betere spelers. En die zijn allemaal groter, sneller. Bij de G League was ik de grootste, snelste. Hier is iedereen óf 7 foot, óf ze springen f*cking hoog. Het heeft iets onwerkelijks hier te zijn, tegelijk heb ik heel veel vertrouwen.
De drills, tests en games zitten erop. Vanaf nu is het eigenlijk alleen nog media en medisch. That’s it. Fysiek kan ik nu chillen, mentaal moet ik nu scherp zijn voor alle interviews.
Om af te sluiten wat willekeurige vragen, alsof het die Combine is. Het is pre season, je staat erin en alle starters spelen. De beste spelers in het veld. Over wie dunk je het liefst heen?
We hebben het nu over NBA hè? Dat moet een main defensive piece zijn, een Rudy Gobert ofzo. Dat lijkt me top. Überhaupt er zijn is een droom. Één van de defensive juggernauts, daar overheen dunken, dat lijkt me echt top.
Andersom: Ja Morent dunkt hard over jou heen. Hoe reageer je?
Zo snel mogelijk de andere kant op, haha, wegrennen! En meteen proberen te scoren, je kunt daar niet lang mee bezig zijn.
Heb je afsluitend wat woorden voor gasten die óók dromen hebben?
Als je in Nederland bent lijkt het ver… Maar wat ik denk ik belangrijk vind… Als je nog jong bent, en je speelt waar dan ook: geniet van het spel. Heb er lol in. Als je óóit zo ver komt dat het je baan mag worden dan is het ook een stuk serieuzer. Ik heb er sowieso nog lol in. Er zijn vaak momenten om te genieten. Maar in de off season is het hard werken, veel rennen, vroeg opstaan, zaken doornemen. Het is anders dan wanneer je met je matties aan het spelen bent. Als het iets wordt met je profcarrière, dan ga je nog genoeg serieus kunnen doen. Dus zorg dat je geniet.
Maar het begint op een Johan Cruyff-veldje, waar jij overigens ambassadeur van bent toch?
Ja, ook dat is belachelijk vet! Daar begint het inderdaad, op zo'n veldje. En als ik in Amsterdam ben, dan ga ik natuurlijk nog steeds daar naartoe.
(Alle beelden bij dit artikel via West Virginia Mountaineers / Jesse's Instagram)