Het Nederlandse vrouwenteam 3×3 is, zoals elke fan weet, wereldkampioen. Het is dus niet moeilijk je voor te stellen dat hun iets jongere collega’s net zo goed zijn. Na een enorm dominante Nations League van zes minitoernooien plaatsten zij zich gisteren voor het WK in Xiong An, China.
De Nations League is het jaarlijkse kwalificatietraject voor dat WK. De Nederlandse vrouwen speelden daarvoor zes minitoernooien: drie in Riga, drie in Kandava. De vrouwen wonnen er maar liefst vijf en verloren slechts één finale.
De Nederlandse vrouwen die aan de zes stops meededen zijn Liselot Kulk, Lotte van Kruistum, Quinta van Schijndel, Alissa van der Plas, Lotte Toornstra en Hennie van Schaik. Uiteindelijk gaan er vier vrouwen naar het WK, waarbij ook nog eens is toegestaan dat er een speelster in actie komt die niet tijdens de Nations League gespeeld heeft.
Om zich te plaatsen moesten de Nederlandse vrouwen Letland, Servië, Ierland, Slovenië en Griekenland achter zich laten. De pijlen gaan nu dus op het WK, dat plaatsvindt van 17 tot en met 21 september.
Mannen nog onzeker
Voor de U23 mannen ging de Nations League minder goed. Zij schoten zichzelf in de voet door in de eerste drie stops matig te presteren. Drie knappe laatste toernooien (eerste, tweede, tweede) konden niet voorkomen dat de mannen als derde eindigden in de poule. Alleen de nummers één van de poules plaatsen zich direct. Als nummer drie kan het in theorie nog wel, maar dan zouden alle overige nummers twee in Europa heel laag moeten eindigen. Dat is nog onzeker, maar lijkt onwaarschijnlijk.
